• Sami Souguir

    Schepen van Cultuur, Stadsontwikkeling en Ruimtelijke Planning

Coördinatie werken openbaar domein

17 september 2015

Na het bouwverlof werden een aantal werken in Gent opnieuw opgestart en kwamen er meteen ook een hele reeks nieuwe bij. Veel werken zijn ontegensprekelijk noodzakelijk en de tijdelijke hinder die ze met zich meebrengen is deels onvermijdelijk.

In de communicatie n.a.v. de start van het nieuwe schooljaar anticipeerde u op de kritiek dat de werken onvoldoende gecoördineerd zouden zijn en gaf u meteen ook aan dat het met de verschillende spelers soms een moeilijke puzzel blijft.

Naast het samenbrengen van alle innames in één centrale database – de zogeheten ODIN – om te vermijden dat werken in conflict komen met elkaar of met andere innames, gaf u bij mijn eerdere vragen over de coördinatie van werken aan vooral uit te kijken naar de eerste resultaten van het project THOR, waarbinnen verschillende diensten zouden samenwerken om hinder te verminderen en wat uiteindelijk zou moeten resulteren in één minder-hinder-cel die alle innames van het openbaar domein onder de loep neemt.

  • Wat is de huidige stand van zaken van ODIN en THOR?
  • In welke mate dragen beide projecten reeds bij tot een betere coördinatie van de werken?
  • Hoe komt het dat men er alsnog niet in slaagt om de verschillende werken, zoals bv. in de zuidrand van Gent, gefaseerd in plaats van tegelijkertijd te laten uitvoeren, waardoor heel wat verkeersellende zou kunnen worden vermeden?

Sami Souguir
Fractievoorzitter


Antwoord:

De ODIN-databank bevat momenteel:

  • up-to-date informatie over alle eigen werken en onderhoudswerken van dienst Wegen, Bruggen en Waterlopen
  • tijdelijke innames uitgereikt door de cel Inname Openbare Weg (bijvoorbeeld stellingen, parkeerverboden, …)
  • speelstraten
  • werken door nutsbedrijven (informatie die we rechtstreeks halen uit de Vlaamse databank)
  • werken door andere overheden (informatie die we rechtstreeks halen uit de Vlaamse databank, maar deze informatie is nog niet helemaal compleet)


Op de verdere planning van ODIN staan nog:

  • tonen van de wegomleggingen in ODIN
  • koppeling met de toekomstige databanken SIRIUS (projecten Stad Gent) en DIBS (werkorders Groendienst)
  • opnemen van evenementen, feesten, markten en foren in ODIN


ODIN is louter de objectieve inventaris van innames en doet zelf niet aan coördinatie van werken. De ODIN-databank is echter wel de onmisbare schakel die op punt moet staan om het project THOR volledig te kunnen implementeren.

THOR is het project waarin het concept voor een minderhindercel werd voorgesteld en waarin nu de nodige bouwstenen voor deze cel verder worden afgewerkt.

THOR wordt momenteel geflankeerd door 2 andere projecten:

  • THOR Plus: reorganisatieproject dat de effectieve implementatie van de minderhindercel in de organisatie zal verzorgen (ingebed in het grotere reorganisatietraject Gent Plus)
  • MoniTHOR: ICT-project dat zal zorgen voor de ondersteuning van de minderhindercel én de VTT (Mobiliteitsbedrijf), door de gegevens uit de ODIN-databank te combineren met de minderhinder bouwstenen.


De teams van ODIN, THOR, THOR Plus en MoniTHOR werken momenteel aan kruissnelheid samen verder om in de loop van 2017 een goed draaiende minderhindercel te hebben bij Stad Gent.

In afwachting hiervan wordt op korte termijn een taskforce opgericht. Dit houdt in dat een kleine groep mensen (VTT, politie, Verkeerscentrum, Coördinatie, …) wekelijks samenkomen, de grote hinder traceren en maatregelen nemen bij moeilijkheden. Zij geven telkens feedback naar college en communiceren dit naar ieder die het moet weten.


Vraag 3: Hoe komt het dat men er alsnog niet in slaagt om de verschillende werken, zoals bv. in de zuidrand van Gent, gefaseerd in plaats van tegelijkertijd te laten uitvoeren, waardoor heel wat verkeersellende zou kunnen worden vermeden?

Gent is aan een inhaalbeweging bezig voor het wegennetwerk. Wegenwerken moeten gebeuren om de kwaliteit van de wegen op peil te houden. Hiervoor doen verschillende partners (AWV, De Lijn, Infrabel, W&Z, de Stad zelf en verschillende nutsmaatschappijen) zware inspanningen met als gevolg dat er tal van werken in de pipeline zitten. Overigens: 50% van alle werken die in Gent bezig zijn, zijn werken van AWV

De meeste werken worden zo goed mogelijk op elkaar afgestemd, dit gebeurt door Buzz, een samenwerkingsverband met alle grote partners.

De werking van Buzz toont wel degelijk haar nut. Een deel van de werken wordt speciaal uitgesteld tot de zomermaanden, omdat dit traditioneel de minst drukke maanden zijn voor het verkeer. Hiermee wordt rekening gehouden bij het afleveren van vergunningen. Een gevolg hiervan is dat er na de Gentse feesten en na het bouwverlof, begin augustus dus, zijn er heel wat werven van start gaan om de hinder te beperken. Een aantal van die werken lopen nog door tot in het najaar, omdat het om ingrijpende en noodzakelijke werken gaat.

De verschillende, in uitvoering zijnde werven worden verder ook zoveel mogelijk gecoördineerd. Maandelijks vindt er een technische werkgroep plaats, waar alle werven worden overlopen, en op elkaar afgestemd waar mogelijk.

  • Een voorbeeld: “Door de werken aan de Prinses Clementinalaan in augustus 2015 reden er een tijdlang geen trams op de lijn 4. Van dit moment werd gebruik gemaakt door Infrabel om de brug onder de spoorlijn af te sluiten voor de werken aan de dienstbruggen.
  • In dezelfde periode heeft ook Eandis een onderdoorboring gerealiseerd onder Kortrijksesteenweg ter hoogte van het De Smet de Naeyerpark. De Lijn zelf heeft de fasering van de werken in De Pintelaan zodanig aangepast dat het kruispunt Galglaan – De Pintelaan ook in dezelfde periode werd aangepakt.”
  • Regelmatig wordt er een vergunning geweigerd voor bepaalde werken of innames van openbaar domein in die zone, als die op een omleiding van een groot werk liggen. De werken kunnen dan pas later uitgevoerd worden, als de grote werken achter de rug zijn. Dit soort coördinatie gebeurt achter de schermen en is niet bij het grote publiek gekend.

Filip Watteeuw
Schepen van Mobiliteit en Openbare Werken