Toegankelijkheid schoolgebouwen
Sinds de start van het nieuwe schooljaar is het zogeheten M-decreet, dat het onderwijs voor kinderen met een beperking, stoornis of handicap regelt, van toepassing. Volgens het onderwijstijdschrift Klasse is 49% van de Vlaamse scholen niet of slechts in beperkte mate toegankelijk voor leerlingen met een handicap: gevaarlijke trappen, eindeloze gangen en te kleine toiletten maken het hen niet gemakkelijk.
Concreet heb ik dan ook volgende vragen:
- In welke mate zijn de schoolgebouwen van het stedelijke net toegankelijk voor leerlingen met een beperking?
- Kwamen er, in toepassing van het nieuwe decreet, reeds toegankelijkheidsproblemen aan het licht? Zo ja, welke?
- Worden er desgevallend (proactief) maatregelen genomen om de toegankelijkheid van de schoolgebouwen te verbeteren?
Sami Souguir
Fractievoorzitter
Antwoord:
U stelde alle vier een vraag aangaande het M-decreet. Ik zal deze dan ook samen beantwoorden.
Het M-decreet ging samen met heel wat ongerustheid en aandacht van start. De vele vragen over dit thema bevestigen dit.
Het M-decreet zorgde voor een verschuiving van leerlingen. De eerste verschuivingen binnen het buitengewoon stedelijk onderwijs waren al duidelijk met de telling van februari. Zo zagen we in februari 2015 een sterke daling in de leerlingenaantallen in het buitengewoon basisonderwijs. Tussen februari 2015 en 2014, waren er 63 kinderen minder in het buitengewoon basisonderwijs en 2 jongeren minder in het buitengewoon secundair onderwijs.
Deze daling werd net bevestigd met de telling van 2 september. Er startten 93 (= 20%) kinderen minder in het buitengewoon basisonderwijs dan in september vorig schooljaar. Het buitengewoon secundair onderwijs stijgt met 14 kinderen (5%).
Deze cijfers houden geen rekening met het nieuwe type 9. Het type gericht naar kinderen met een autisme spectrumstoornis. Omdat dit een nieuw type is, kunnen we hier geen vergelijking maken. Maar hier zien we in het stedelijk onderwijs geen grote toestroom. Momenteel schreven zich 10 leerlingen in. Over alle netten heen zijn dit er iets meer dan 70.
Concluderend kan ik u meegeven dat de verschuiving in de stedelijke scholen het grootst is in het buitengewoon basisonderwijs en voornamelijk in de scholen die het basisaanbod aanbieden. In het gewoon onderwijs zien we een stijging van 138 kinderen tussen september dit jaar en vorig jaar. De stijging situeert zich in het lager onderwijs.
Ter volledigheid vroeg ik eveneens cijfers op bij Agodi.
Wanneer we de andere netten bekijken, zien we in de cijfers van Agodi eveneens een daling van het aantal leerlingen in het basisonderwijs, maar in mindere mate. In het buitengewoon secundair onderwijs stijgen de aantallen lichtjes.
Aan de hand van leerlingenaantallen kunnen we alleen het aantal ingeschreven leerlingen vergelijken. Op basis van de aantallen kunnen we vaststellen hoeveel leerlingen er meer of minder zijn. Over de oorzaken van verschuivingen kunnen we moeilijk uitspraken over doen. We hebben wel de directies buitengewoon basisonderwijs gecontacteerd en uit die bevraging blijkt dat de uitstroom naar SO niet wordt aangevuld door nieuwe inschrijvingen.
In het secundair is er bij de andere netten een stijging bij het katholiek onderwijs en een heel kleine daling bij het GO!.
Kinderen met een beperking die in het gewoon onderwijs ingeschreven worden, zorgen voor uitdagingen. Om hieraan tegemoet te komen zijn alle Gentse stedelijke basisscholen intensief aan het zoeken naar een goede aansluiting bij de implementatie van het M-decreet en de redelijke aanpassingen die hiervoor nodig zijn. Dit doen de basisscholen in samenwerking met de pedagogische begeleiding van het Stedelijk Onderwijs Gent en eventueel andere externe partners.
Een overzicht van de lopende initiatieven:
- PB SOG (Pedagogische Begeleidingsdienst Stedelijk Onderwijs Gent) focust op (kern)teams en werkt samen met iCLB om leerkrachten en directies te ondersteunen bij de implementatie van het M-decreet.
- Binnen de Cel Zorg werken PB SOG en iCLB dit thema uit en bouwen verder op de initiatieven die er al waren met betrekking tot handelingsgericht werken, werken binnen het zorgcontinuüm…
- Aanbod PB SOG 2015-2016:
- Op maat van de school
- In de begeleidingsvragen van basisscholen voor de pedagogische begeleiders (PB SOG) komen differentiatie, evalueren en rapporteren en M-decreet als voornaamste thema’s voor. De meeste basisscholen lopen hier dan ook een individueel proces i.s.m. de pedagogische begeleiders.
- In de begeleidingsvragen van basisscholen voor de pedagogische begeleiders (PB SOG) komen differentiatie, evalueren en rapporteren en M-decreet als voornaamste thema’s voor. De meeste basisscholen lopen hier dan ook een individueel proces i.s.m. de pedagogische begeleiders.
- Voor teams
- Traject prioritaire nascholing M-decreet (i.s.m. Artevelde Hogeschool)
- Differentiëren voor kernteams
- Voor individuele leerkrachten
- Differentiëren binnen aanvankelijk leesonderwijs
- Convergent differentiëren met coöperatieve werkvormen
- Luister nu eens naar mij! Emotionele remediëring voor kinderen.
- Groeien in zorg! Basis.
- Collegagroep zorgcoördinatoren: input en collegiale consultatie m.b.t. implementatie.
- Collegagroep HGW, een maatje meer!
- Collegagroep beleidsondersteuners.
- Collegagroep SES –leerkrachten/ ATN
- Op maat van de school
Er is gekozen voor extra ondersteuning van orthopedagogen binnen de scholen voor buitengewoon onderwijs. Hiermee geven we antwoord op het feit dat de scholen in het gewoon onderwijs aangeven dat de problematieken van de kinderen zwaar zijn.
Een bijkomend project in het kader van het M-decreet is de pre waarborgregeling. Dit is er gekomen omdat onder andere wij aan de alarmbel trokken toen we zagen dat de transfer van leerlingen al bezig was, vroeger dan gedacht. In dit tijdelijk project ontvangen 30 Vlaamse scholen buitengewoon basisonderwijs extra omkadering om zo het onderwijzend personeel in het gewoon onderwijs te ondersteunen. Twee Gentse scholen kregen op deze manier extra personeel. Het gaat hier over een stedelijke en een katholieke school. Namelijk De Zonnepoort en De Korenbloem.
Binnen het stedelijk net gaat dit over 3 FTE die De Kleurdoos, De Boomgaard en Henri D’Haese zullen begeleiden. Ze tellen samen ongeveer 900 leerlingen met verscheiden sociale achtergronden.
Op dit moment zijn de 3 mensen bezig met een intake op de scholen en het in kaart brengen van de ondersteuningsbehoeften. Er werd een kleuterleidster, een leerkracht lager en een logopediste aangesteld. Het spreekt voor zich dat de hulpvragen heel verscheiden zijn. Daarom zullen deze 3 collega’s de 3 scholen “bedienen” naargelang de gevraagde ondersteuning van de school en expertise die zij hebben. Wij verkiezen binnen het stedelijk net deze manier van werken omdat we het belangrijk vinden dat de pre waarborgcoaches hun eigen expertise ten volle kunnen inzetten. Wij vinden het ook een meerwaarde om een multidisciplinaire benadering en aanpak binnen te brengen in de scholen.
Het katholieke net werkt aan de hand van co-teaching. Dit houdt in dat er leerkrachten op de klasvloer extra ondersteuning krijgen.
Deze regeling zal op het einde geëvalueerd worden.
Deze pre waarborgregeling heeft geen financiële implicaties voor de scholen. Behalve deze leerkrachten in de pre waarborgregeling zijn er binnen het stedelijk onderwijs geen andere leerkrachten die uit het buitengewoon onderwijs in het gewoon onderwijs aan de slag gaan.
Wanneer we naar het gewoon stedelijk onderwijs kijken, kregen we tot op heden geen extra vragen aangaande redelijke aanpassingen of bijkomende begeleiding als gevolg van een grote instroom van kinderen met beperkingen. We hebben echter wel geïnvesteerd in werkingskosten binnen de pre waarborgregeling, de klasinrichting van het Kwadrant en Spoor 9, aankoop van nieuwe methodes en de mogelijkheid tot het volgen van navorming over smog (=spreken met ondersteuning van gebaren).
Kinderen met een beperking in het gewoon onderwijs inschrijven zorgt op pedagogisch vlak voor uitdagingen, maar ook op vlak van capaciteit. Gent heeft al jaren lokale capaciteitsnoden. Op dit moment heeft elk kind een plaats, maar dit is niet altijd mogelijk in eigen wijk of in de school van eerste keuze. Een stijging van het aantal leerlingen, zal deze druk vergroten, dat kunnen we niet ontkennen.
We hebben 106 vestigingsplaatsen in Gent. Tot nu toe merken we geen selectieve toestroom van kinderen met een verslag voor het buitengewoon onderwijs naar slechts 1 of enkele scholen van het gewoon onderwijs. We vermoeden dat die kinderen zich spreiden over verschillende scholen. De druk op de capaciteit is daardoor op dit moment nog hanteerbaar. Ik volg dit wel samen met de LOP’s van nabij op.
Op dit moment zijn er verspreid over Gent nog vrije plaatsen voor alle leeftijden. Ze zijn wel beperkter voor K3. Ook K1, K2 en L1 hebben een hoge bezettingsgraad maar ook hier is nog mogelijkheid om in te schrijven.
Maar voor ouders die verhuizen, nieuw toekomen of hun kind van school wensen te veranderen is het niet altijd mogelijk om meerdere kinderen uit het gezin in eenzelfde school in te schrijven. We blijven dan ook inzetten op het verhogen van de capaciteit. Zo werden er werken afgerond in Sint-Salvator, IVG en De Wijze Eik en staan er nog werken gepland of bezig in onder andere Hippo’s Hof, Sint-Bernadette, ’t Groen Drieske, Malem, … .
We hebben een 85-tal schoolgebouwen binnen het stedelijke net. Gaande van kleine tot heel grote en van oude tot recente gebouwen.
Deze gebouwen zijn niet allen even toegankelijk. De toegankelijkheid is sterk afhankelijk van de leeftijd van het gebouw. Oude gebouwen hebben vaak geen lift en aangepast sanitair. Indien er bouwprojecten in deze gebouwen gebeuren, wordt dit wel meegenomen. Ook worden er kleine maatregelen zoals hellende vlakken genomen.
Vorig schooljaar werden alle stedelijke basisscholen doorgelicht. Bewoonbaarheid, hygiëne en veiligheid is daarbij een aandachtspunt. De toegankelijkheid was dan ook een vraag van de onderwijsinspectie. Voor hen is het voldoende dat de scholen in niet-aangepaste gebouwen organisatorische maatregelen nemen: bv. als er een leerling is met beperkte mobiliteit, kunnen klassen gewisseld worden zodat deze leerling beneden kan zitten.
In nieuwbouwprojecten wordt er maximaal rekening gehouden met toegankelijkheidsnormen. De plannen worden ook geadviseerd door de toegankelijkheidsambtenaar van de stad. Ze hebben onder andere hellende vlakken bij de ingang, een lift en voldoende brede gangen.
In het kader van het nieuwe decreet werden nog geen toegankelijkheidsproblemen gemeld bij het departement onderwijs.
Hoe de uitrol van het M-decreet in de toekomst zal verlopen is afwachten. Daar wens ik op dit moment dan ook geen uitspraken over te doen.
Ik hoop dat mijn antwoorden voldoende waren, steeds bereid tot verdere toelichting.
Elke Decruynaere
Schepen van Onderwijs, Opvoeding en Jeugd