Verkeerschaos n.a.v. defect uitrit parking Vrijdagmarkt
Op zaterdag 14 oktober deed zich bij parking Vrijdagmarkt een defect voor aan de uitrit wat voor heel wat oponthoud zorgde bij het uitrijden van de parking. Zodanig dat de uitrijdende file in de parking inrijdende wagens blokkeerden en zowel in als buiten de parking een grote file ontstond.
Wagens dienen de parking uiterlijk 15 minuten na betaling aan de betaalautomaat te verlaten. Aangezien men meer dan een uur geblokkeerd stond in de parking bleken de betaalde tickets niet meer geldig waardoor extra oponthoud ontstond bij het buitenrijden.
Concreet heb ik dan ook volgende vragen:
- Waarom duurde het in dit concrete geval zo lang om tot een oplossing te komen?
- Wat is de te volgen procedure in dergelijke gevallen?
- Over welke autonomie beschikken de bewakingsagenten om bij zo’n situaties in te grijpen?
- Zal op basis van de ervaring uit dit vooral de procedure geëvalueerd en desgevallend bijgestuurd worden?
Sami Souguir
Fractievoorzitter
Antwoord:
Er heeft zich inderdaad op 14 oktober een probleem voorgedaan aan de uitrit van de parking. De directeur van het Mobiliteitsbedrijf heeft me hierover geïnformeerd.
Volgens de info die ik heb gekregen heeft de bewakingsagent onmiddellijk ingegrepen op het moment dat er file ontstond in de parking. Hij heeft de inrit afgesloten en heeft zich opgeteld aan de uitrit om het buitenrijden te faciliteren.
Dat heeft blijkbaar wel wat tijd in beslag genomen, vermits alles geblokkeerd stond in de parking. Auto's die nog op zoek zijn naar een parkeerplaats, blijven zo auto's blokkeren die proberen de parking te verlaten en omgekeerd.
De bewakingsagent van dienst heeft daarmee de voorgeschreven procedure gevolgd. Wanneer auto's zich vastrijden in de parking door een grote gelijktijdige in- en uitstroom van wagens (wat dus op 14 oktober blijkbaar het geval was), moet de inrit tijdelijk worden afgesloten en moet de bewakingsagent zich opstellen aan de uitrit zodat gebruikers wiens ticket ondertussen is verlopen, toch uit de parking kunnen worden begeleid.
De bewakingsagent beslist autonoom wanneer hij daartoe moet overgaan. Bij twijfel kan hij zijn postoverste of de voorziene permanentie van controleurs contacteren. Indien nodig kunnen zij op hun beurt de verantwoordelijken bij het Mobiliteitsbedrijf contacteren, bij wie er ook steeds een permanentie is voorzien.
Het ging hier over een uitzonderlijke situatie die door de bewakingsagenet correct is afgehandeld. Ik zie daarin momenteel geen aanleiding op de procedures bij te sturen.
Filip Watteeuw
Schepen van Mobiliteit en Openbare Werken